1.1a2, vereniging voor elektronisch geld instellingen in Nederland

Achtergrond
Al sinds enige jaren zijn niet-bancaire aanbieders actief op de markt voor elektronisch geld en elektronische betaaldiensten. Te denken is aan service-bureaus in betalingsverkeer, aanbieders van gesloten pre-paid betaalsystemen, telecom-operators, aanbieders van pre-paid Internet-betaalsystemen. In de toekomst kunnen daar aanbieders van betaaldiensten per mobiele telefoon bijkomen. Gezien deze ontwikkeling in de markt en de noodzaak van toezicht op bancaire getinte processen, heeft de Europese regelgever besloten dat niet-banken ook elektronisch geld kunnen uitgeven, mits daarbij van passend toezicht sprake is. Er is hiertoe een tweetal richtlijnen opgesteld, die dit voorjaar uitmonden in een wetswijziging in Nederland.

Wetwijziging Wet toezicht kredietwezen (Wtk)
In Nederland is de consequentie dat in de Wtk een aparte klasse van kredietinstellingen gaat ontstaan; Onderdeel a van het eerste lid van artikel 1 van de Wtk komt te luiden:
a. kredietinstelling:
1°. een onderneming of instelling die haar bedrijf maakt van het ter beschikking verkrijgen van, al dan niet op termijn, opvorderbare gelden en van het voor eigen rekening verrichten van kredietuitzettingen of beleggingen; dan wel
2°. een onderneming of instelling, anders dan bedoeld onder 1o, die gelden ter beschikking krijgt in ruil waarvoor elektronisch geld wordt uitgegeven waarmee betalingen kunnen worden verricht ook aan anderen dan de onderneming of instelling die het elektronisch geld uitgeeft.


Bij de instellingen als bedoeld onder artikel één, eerste lid, onderdeel a, sub 2°, spreken we over elektronisch geld instellingen. Voor die instellingen zal een apart toezichtsregime van toepassing zijn. In praktische zin betekent dat, dat elke marktpartij die een pre-paid betaalsysteem aanbiedt dat gebruikt kan worden voor betaling aan derden, te maken zal krijgen met de regels zoals geformuleerd in de wet. In sommige gevallen zal er toezicht van toepassing zijn, in andere gevallen is er een vrijstelling of ontheffing mogelijk.

Consequentie van de wet
Gezien de toekomstige wetswijziging is inmiddels een aantal partijen zich aan het oriënteren op de repercussies van de nieuwe Wtk voor de bedrijfsvoering. Te denken is aan telecom-operators en aanbieders van pre-paid betaalsystemen voor gebruik in kantine's of op het internet. Voor elk van deze partijen zal in enige vorm de wet een praktische consequentie krijgen, hetzij in de vorm van feitelijk toezicht door DNB, hetzij in de vorm van het vallen onder vrijstellings- of ontheffingsregelingen.

Het is van belang dat bij de verdere uitwerking van dit toezicht nadrukkelijk rekening gehouden wordt met het gegeven dat sprake is van een ander soort ondernemingen dan de traditionele banken. De financiële processen zullen niet zozeer ingebed zijn in een grote organisatie met bestaande legacy-systemen en procedures, doch sterker gebaseerd zijn op nieuwe technieken.

Conferentie: 'De instelling voor elektronisch geld. Wat staat ons te wachten?'
Op 11 juni 's middags, is in het Rosarium van Amsterdam een middagconferentie gehouden waarop nader ingegaan werd op de inhoud van de wetgeving, de consequenties voor marktpartijen en de rol die de vereniging als intermediaire organisatie tussen marktpartijen en toezichthouder gaat spelen. Op de conferentie is gesproken door een vertegenwoordiger van het Ministerie van Financien, door de voorzitter van de Britse e-money association (dr. T. Sabri), door de oprichters van de vereniging 1.1a2 en door een vertegenwoordiger van Nauta Dutilh. Download hier de presentaties van de conferentie.

Representatieve organisatie
De toezichthouder, De Nederlandsche Bank NV, zal overleggen met een representatieve organisatie over de inhoud van het toezicht op elektronisch geld. In de betreffende artikelen (30 ev) van de nieuwe Wtk staat:
De richtlijnen worden slechts gegeven of gewijzigd na overleg met de daarbij betrokken representatieve organisaties. Het overleg over wijziging van de richtlijnen kan worden geopend door de Bank dan wel door de betrokken representatieve organisatie. De richtlijnen kunnen voor de verschillende categorieën van kredietinstellingen verschillend zijn.

Over de representatieve organisatie schrijft de Minister van Financiën (28 189, nota naar aanleiding van het verslag):
"De leden van de fractie van de VVD vroegen of, gelet op het oogmerk de markt open te breken, het huidige overleg van de DNB met de NVB over het toezicht kan worden beschouwd als representatief overleg, zoals dat ook bij het invoeren van aanbevelingen en richtlijnen is voorgeschreven. Gelet op het doel dat het wetsvoorstel onder meer heeft, het openbreken van de markt voor elektronisch geld, kan het huidige overleg met de NVB niet als representatief worden beschouwd voor het toezicht op instellingen voor elektronisch geld. De NVB heeft aangegeven een aparte rechtspersoon op te richten die als representatieve organisatie wil fungeren. Vanuit de markt zijn geluiden ontvangen dat ook andere organisaties instellingen voor elektronisch geld wensen te vertegenwoordigen. Bij de aanwijzing van de representatieve organisaties voor instellingen voor elektronisch geld (waartoe het Besluit aanwijzing representatieve organisaties zal worden aangepast) zal een voorwaarde voor de aanwijzing zijn dat de betreffende organisatie daadwerkelijk een aanmerkelijk deel van de markt vertegenwoordigt."

Oprichting van de vereniging
Geconstateerd is dat in de markt behoefte bestaat aan een onafhankelijke vereniging voor elektronisch geld instellingen. Daarom is besloten om een dergelijke vereniging op te richten. De naam hiervan zal zijn: 1.1a2, vereniging voor elektronisch geld instellingen in Nederland.
Deze naam verwijst naar het wetsartikel in de Wtk waarin de elektronisch geld instellingen (niet zijnde de traditionele bancaire banken) worden gedefinieerd als zijnde een specifiek soort bancaire instelling. De oprichters en tevens eerste bestuursleden van de vereniging zijn: C.A. Klomp, (voorzitter), ir. S.L. Lelieveldt, (secretaris/penningmeester).

Doel en activiteiten
Het doel van de vereniging is om de elektronisch geld instellingen in Nederland te vertegenwoordigen en te ondersteunen bij de oriëntatie en gedachtevorming over de inrichting van hun bedrijfsvoering, met name bezien vanuit het vraagstuk van de toepasselijke regelgeving en hun te vervullen maatschappelijke rol.

De vereniging zal:

  • zowel in Nederland als daarbuiten de belangen vertegenwoordigen van de elektronisch geld instellingen uit Nederland richting publiek, politiek, regelgevers, toezichthouders en overheidsorganen,
  • zowel in Nederland als daarbuiten optreden als representatieve organisatie namens de Nederlandse elektronisch geld instellingen van elektronisch geld,
  • in Nederland een platform creëren waar contact, informatie-uitwisseling en overleg over markt- en regelgevende ontwikkelingen in het elektronisch betalingsverkeer wordt gestimuleerd tussen zowel leden onderling als de leden en organisaties zoals regelgevers, overheidsinstellingen, gebruikersgroepen, zelfstandige bestuursorganen, universiteiten enzovoorts.

    Van belang is dat de vereniging zich richt op de vertegenwoordiging van ondernemingen die andere kenmerken of belangen dan de traditionele banken hebben. Leden van de vereniging dienen daarom ondernemingen te zijn die niet vallen onder het eerste lid, onderdeel a, sub 1 van de toekomstige Wet Toezicht Kredietwezen en niet nauw met genoemde instellingen verweven zijn (dochtermaatschappij etc).

    Lidmaatschap van de vereniging
    Het lidmaatschapsgeld van de vereniging bedraagt 1500 euro voor het eerste jaar (tot eind 2002) bedragen. Hierin zijn besloten de oprichtingskosten en publicitaire kosten. U kunt zich aanmelden voor de vereniging door invullen en opsturen (per post of fax) van bijgaand aanmeldingsformulier. Indien u aanvullende vragen heeft kunt u deze mailen aan het secretariaat van de vereniging op e-mail adres: 11a2@planet.nl

    Publicaties over dit onderwerp

    Olsthoorn, P, Geldstrijd (e-geld doorbreekt bankenkartel), Management Team, 17 mei 2002, p 81.

    De zoekmachine naar kamerstukken (zoeken op elektronisch geld)

    Lelieveldt, Simon, Why is the Electronic Money directive significant?, Electronic Payment Systems Observatory-Newsletter – Nr. 7 – May 2001.

    Lelieveldt, Simon Where EMI-directive and mobile phone payment systems will meet .., Electronic Payment Systems Observatory-Newsletter – Nr. 1 – July 2000.

    Lelieveldt, S. , Groeneveld, J.M., Kaatee, S en A. Visser. Elektronisch betalen. Afrekenen met een verleden, Financiële en Monetaire Studies, jrg 18, nr 2, 1999-2000.

    Lelieveldt, Simon, Regulering van elektronisch geld, terugblik en toekomstperspectief, Bank- en Effectenbedrijf, oktober 1997, jrg 46, nr 20, pp 34-38.

    Lelieveldt, S, Evaluating the security of electronic money, pp 91-94 in: Financial Cryptography, proceedings, in series: Lecture Notes in Computer Science nr 1318, Hirschfeld, R (ed), Springer Verlag, Berlin, 1997.

    Lelieveldt, Simon L, How to regulate electronic cash: an overview of regulatory issues and strategies, American University Law Review, Vol 46, Nr 4, April 1997, pp 1163-1175.

    Terug naar de lijst met publicaties